bijlage 5.2.b
bij 5.2 Analogie in de meetstelsels
Het Equatorstelsel
De kleine versie van het equatorstelsel is ons al vanuit de aardrijkskunde bekend. Met de lengte en breedtegraden van dit aardse stelsel kunnen wij nauwkeurig elke plaats op aarde aangeven.

fig. 5.2.b: het Equatorstelsel
De coördinaten van dit stelsel gelden voor de hele aarde. Door denkbeeldige uitbreiding van dit stelsel in de ruimte, ontstaat het equatorstelsel. De hemelequator is dus op te vatten als een uitbreiding van het aardse equatorvlak. Op een zelfde wijze wordt door verlenging van de aardse noordpool-zuidpool as de noordelijke en zuidelijke hemelpool bepaald. Deze beide polen vormen de ophangpunten voor de (hemel)meridianen.
In het Equatorstelsel worden de coördinaten opgegeven in
- rechte klimming, gemeten vanaf het 0° punt op de equator tot aan de projectie van het zuidpunt daarop. De rechte klimming wordt vermeld als alpha z
en
- declinatie, gemeten langs de meridiaan vanaf het zuidpunt tot de hemelequator en vermeld als delta z.
In de efemeriden worden meestal de declinaties van de planeten vermeld.
De waarden van de rechte klimming worden bij de berekening van primaire directies gebruikt.
-.-.-.-.-.-
literatuurlijst, onderwerpen per pagina, woordenlijst, afbeeldingen,